Algemene voorwaarden

Garantiebepalingen BOVAG- schadeherstelgarantie

Bent U consument, dan:
  • moet het bedrijf de particuliere algemene voorwaarden schadeherstelbedrijven van BOVAG gebruiken;
  • geldt art. 7: 17 e.v. BW (recht op non conformiteit);
  • geldt art. 5 en 6 van dit Garantiebewijs. (Indien U géén consument bent: hoeft het bedrijf geen gebruik te maken van de particuliere BOVAG voorwaarden Schadeherstelbedrijven/gelden art. 5 en 6 uit dit Garantiebewijs niet/is een beroep op art. 7: 17 e.v. BW uitgesloten.)
1. BOVAG- schadeherstelgarantie op werkzaamheden:
De kern van deze garantie op werkzaamheden (*): Het bedrijf garandeert binnen de
Europese Economische Ruimte en gedurende 48 maanden na het afleveren van de
gerepareerde zaak (**) dat de door het bedrijf aangenomen of uitbestede opdrachten goed
zijn uitgevoerd. Tenzij u (of uw verzekeraar) iets anders afspreekt, monteert het bedrijf
nieuwe, originele reserveonderdelen of materialen, afkomstig van de fabrikant. Bij
vervanging van ruiten worden tevens ruiten gemonteerd die afkomstig zijn van de
leverancier van de fabrikant. Onder de garantie valt het door het bedrijf opnieuw uitvoeren
van de niet goed uitgevoerde bewerkingen, waarbij het bedrijf de kosten draagt (***). Het
bedrijf kan dit werk uitbesteden. Voor het afronden van het garantiewerk geldt een redelijke
termijn en het werk wordt gedaan zonder ernstige overlast. (*) De garantie wordt slechts
gegeven op werkzaamheden en dus niet op de hier bij gemonteerde materialen en
onderdelen. (**) Zaak: een personenvoertuig, een bestelauto met een totaalgewicht incl.
laadvermogen van maximaal 3.500, een caravan of camper, of de onderdelen of accessoires
van deze voertuigen. (***) Wanneer dat wat vanwege garantie gedaan zou moeten worden
niet mogelijk of zinvol is, krijgt u echter een redelijke schadevergoeding.

2. Andere bepalingen:
2.a De garantie geldt voor u als opdrachtgever en ook voor personen die later eigenaar
worden van het herstelde.
2.b Staat de zaak grote afstand van het bedrijf als consument een beroep op garantie doet en
kan of mag er niet mee gereden worden, dan regelt het bedrijf een sleepauto. De kosten van
de sleepauto zijn voor rekening van consument, tenzij hij met succes een beroep op
garantiewerkzaamheden heeft gedaan.
2.c Als reparaties worden uitgevoerd aan carrosserieën van personenvoertuigen of
bestelvoertuigen waarvoor nog de fabrieksgarantie geldt, wordt door het bedrijf ten aanzien
van de gerepareerde delen de resterende termijn van deze fabrieksgarantie overgenomen,
wanneer u deze fabrieksgarantie ten gevolge van deze reparatie verliest, of dreigt te
verliezen.

3. Uitsluitingen en beperkingen:
3.a De gevolgen van gebreken aan of ongeschiktheid van door u voorgeschreven andere
materialen/onderdelen of andere werkwijzen dan door het bedrijf wordt geadviseerd,
komen voor uw rekening. Dit geldt niet als het bedrijf in deskundigheid of zorgvuldigheid
tekort is geschoten (art. 7: 760 BW). De schriftelijke of digitale opdracht meldt dat u andere
onderdelen/materialen en/of andere werkzaamheden voorschrijft.
3.b Wanneer u afziet van werkzaamheden die het bedrijf voor het opleveren schriftelijk of
elektronisch heeft geadviseerd, dan kan dit (als dat gelet op de omstandigheden redelijk zou
zijn) tot gevolg hebben dat u niet langer met succes een beroep op garantie kan doen.die het
bedrijf anders had willen volgen. De schriftelijke of digitale opdracht meldt dit..
3.c Verzoekt u om een noodreparatie aan de zaak uit te voeren, dan wordt hier geen garantie
op gegeven. Een noodreparatie is een tijdelijke oplossing die bedoeld is om u weer op weg te
helpen.
3.d De staat van een zaak kan te slecht zijn voor een beroep op garantiewerk. Ook als een
zaak niet in de werkplaats van het bedrijf is voorbewerkt, kan er geen vordering wegens
BOVAG-schadeherstelgarantie volgen. De schriftelijke of digitale opdracht meldt dit.
3.e U meldt een gebrek aan de herstelde zaak zo spoedig mogelijk na het ontdekken van dat
gebrek. Laat u dit na, dan kan dit (als dat gelet op de omstandigheden redelijk is) tot gevolg
hebben dat u niet langer met succes een beroep op garantie kan doen.
3.f U moet het bedrijf de gelegenheid geven een gebrek zelf op te (laten) lossen. Zo niet, dan
kunt u geen beroep op garantie doen, tenzij de situatie uit lid 3.h zich voor doet.
3.g Wanneer een derde werk aan de door het bedrijf gerepareerde zaak, onderdeel of
accessoire uitvoert, kunt u geen beroep doen op garantie vanwege deze werkzaamheden,
tenzij de situatie uit lid 3.h zich voordoet. U heeft echter wél een beroep op garantie,
wanneer werk van een derde niets te maken heeft met het werk dat het bedrijf al eerder had
uitgevoerd of had laten uitvoeren.
3.h Een uitzondering op 3.f of 3.g kan zich voordoen in het geval van een direct noodzaak tot
herstel van de herstelde zaak. De noodsituatie moet zich dan op een locatie voordoen, die op
grote afstand ligt van het bedrijf. U moet deze noodzaak aan kunnen tonen, bijvoorbeeld
met gegevens van het derde bedrijf of met de kapotte onderdelen. Wordt binnen de
landsgrenzen van Nederland door een derde bedrijf hersteld, dan moet deze derde lid zijn
van BOVAG. Treedt de noodsituatie op buiten de landsgrenzen van Nederland en is de auto
door een in het buitenland gevestigd derde bedrijf hersteld, dan worden de kosten van dit
buitenlandse bedrijf vergoed tot maximaal het prijspeil zoals bij het schadeherstelbedrijf
geldt.
3.i Wordt normaal of voorgeschreven onderhoud niet (of niet goed) gedaan en gaat een zaak
daardoor kapot, dan geldt de BOVAG-schadeherstelgarantie niet.
3.j Als personenschade ontstaat, een andere zaak raakt beschadigd of er ontstaan andere
kosten, dan wordt dit niet onder de BOVAG-schadeherstelgarantie vergoed.
3.k Van BOVAG-schadeherstelgarantie is uitgesloten: een bij daglicht niet met het blote oog
waarneembaar kleurverschil in de laklaag van de zaak, aantasting van de laklaag vanwege
een van buiten komende oorzaak (denk aan hagelschade) of defecten in de lak van
onderdelen die niet door het bedrijf zijn aangebracht of zijn bewerkt.
3.l De BOVAG-schadeherstelgarantie geldt niet voor normale slijtage, schade door bevriezing,
overbelasting, door het laten vallen van het geleverde of voor defecten die ontstaan door
deelname van herstelde zaken aan wedstrijden of snelheidsproeven.

4. BOVAG Bemiddeling en geschillenbeslechting en nakomingsgarantie
4.1 Een consument/ zakelijke opdrachtgever die klachten heeft over de uitvoering van deze
BOVAG schadeherstelgarantie op werkzaamheden ten opzichte van een schadeherstelbedrijf
dat lid is van BOVAG Schadeherstelbedrijven (i.o.) moet daarmee eerst naar het bedrijf gaan.
4.2. Als blijkt dat u niet tevreden bent met het resultaat van de klachtafhandeling door het
bedrijf geldt het volgende. U kunt een geschil binnen zes weken na het ontstaan voorleggen
aan BOVAG Bemiddeling. De bemiddelingspoging zal gaan volgens een reglement dat partijen
vooraf hebben gekregen. Het adres van BOVAG Bemiddeling is: Postbus 1100, 3980 DC te
Bunnik. Telnr. 030-6595395. Deze bemiddelingsregeling is op klachten over de BOVAG
schadeherstelgarantie van toepassing. U kunt er natuurlijk ook voor kiezen de klacht aan de
geschillencommissie voor te leggen.

Let op: de artikelen 5 en 6 zijn uitsluitend van toepassing als u consument bent.
5. Deze geschillenregeling geldt alleen bij klachten of geschillen tussen u en de leden van
BOVAG Schadeherstelbedrijven (i.o.), aangaande de BOVAG-schadeherstelgarantie op
werkzaamheden.
5.1 Als er een geschil is over de manier waarop de opdracht of de overeenkomst tot stand is
gekomen of is uitgevoerd, kunt u of het bedrijf het geschil voorleggen aan de
Geschillencommissie Schadeherstelbedrijven. Adres: De Geschillencommissie, Postbus
90600, 2509 LP te Den Haag (bezoekadres Borderwijklaan 46, 2591 XR te Den Haag). U kunt
er op dat moment ook voor kiezen om met uw geschil naar de rechter te gaan.
5.2 Het geschil moet binnen 12 maanden na de datum waarop u bij het bedrijf heeft
geklaagd bij de Geschillencommissie Schadeherstelbedrijven aanhangig worden gemaakt. Is
deze keuze voor de geschillencommissie eenmaal gemaakt, dan kunt u vervolgens alleen nog
naar de rechter toe, nadat de geschillencommissie zich eventueel onbevoegd of niet
ontvankelijk verklaart, of om een door de geschillencommissie gemaakt bindend advies tijdig
door de rechter marginaal te laten toetsen. Het inschakelen kan schriftelijk gebeuren, of in
een andere door de Geschillencommissie Schadeherstelbedrijven te bepalen vorm. Van een
geschil is sprake nadat de klachtafhandeling door het bedrijf en/of via de
bemiddelingspoging van BOVAG Bemiddeling niet succesvol is geweest.
5.3 De Geschillencommissie Schadeherstelbedrijven doet uitspraak in de vorm van een
bindend advies. Dit gebeurt volgens een reglement dat aan de beide partijen bij het geschil
vooraf ter kennis wordt gebracht. Dit reglement maakt deel uit van deze afspraken tussen u
en het BOVAG-lid.
5.4 Voor de behandeling van het geschil door de Geschillencommissie
Schadeherstelbedrijven moet u een vergoeding betalen.
5.5 Een uitspraak van de Geschillencommissie Schadeherstelbedrijven kan niet meer door
een rechter aangetast worden als er meer dan twee maanden na de verzending ervan zijn
verstreken en er geen beroep op de gewone rechter is gedaan voor een marginale toets.

6. BOVAG staat garant voor de nakoming van de bindende adviezen van de geschillencommissie
door het bedrijf dat bij BOVAG Schadeherstelbedrijven is aangesloten. Dat is echter niet het
geval als het bedrijf besluit het bindend advies binnen twee maanden ter toetsing aan de
rechter voor te leggen en de rechter het bindend advies onverbindend verklaart en tegen het
vonnis niet meer opgekomen kan worden. De garantstelling geldt tot €1.815,- en onder de
voorwaarde dat u uw vordering op het bedrijf aan BOVAG overdraagt. Bij bedragen groter
dan €1.815,- zal BOVAG voor het meerdere proberen het bedrijf via de rechter tot betaling te
bewegen. Lukt dat, dan wordt het geïncasseerde boven €1.815,- aan u overgedragen. BOVAG
verschaft geen nakomingsgarantie als er sprake is van één van deze situaties, voordat u heeft
voldaan aan bepaalde formele innamevereisten (betaling klachtengeld, retournering
ingevuld en ondertekend vragenformulier en eventuele depotstorting) die nodig zijn voor het
in behandeling nemen van het geschil. Het gaat om de situatie van faillissement, surseance
van betaling of bedrijfsbeëindiging van het bedrijf. Bepalend voor de laatste situatie is de
datum waarop de bedrijfsbeëindiging in het Handelsregister is ingeschreven of een eerdere
datum, waarvan BOVAG aannemelijk kan maken dat de bedrijfsactiviteiten feitelijk zijn
beëindigd. BOVAG keert wel een bedrag tot maximaal €1.815,- per geschil uit als het
faillissement of de surseance is uitgesproken of het BOVAG-lid haar bedrijf heeft beëindigd
nadat u heeft voldaan aan de innamevereisten.

Vastgesteld 1 februari 2020

Onder ‘u’ wordt zowel de zakelijke als de particuliere opdrachtgever verstaan.
In het geval een afgesproken schadeherstelopdracht niet of niet deugdelijk wordt uitgevoerd, belt u
BOVAG Bemiddeling. Zij zal in overleg met u en het schadeherstelbedrijf proberen te komen tot een
passende oplossing. Mocht blijken dat u aanspraak heeft op nakoming door het schadeherstelbedrijf
van een: vooruitbetaalde schadeherstelopdracht, verleende BOVAG-schadeherstelgarantie of
overgenomen fabrieksgarantie (uitsluitend op de carrosserie van personenvoertuigen of een
bestelvoertuig indien door reparatiewerkzaamheden van het BOVAG-lid de fabrieksgarantie op deze
carrosserie is vervallen en er zich binnen de hierna vermelde termijn een gebrek zou voordoen dat
anders onder deze fabrieksgarantie gedekt zou zijn) en kan dit schadeherstelbedrijf uitsluitend als
gevolg van een vanaf 1 augustus 2016: onherroepelijk door de rechter uitgesproken faillissement,
verleende surseance van betaling of toegelaten schuldsanering in de zin van de WSNP (hierna ieder
voor zich “gebeurtenis” en gezamenlijk aangeduid als “gebeurtenissen”) niet meer aan deze
aanspraak voldoen? Dan zal BOVAG Bemiddeling in overleg met u bekijken of een ander
schadeherstelbedrijf (dat tevens BOVAG-lid dient te zijn) deze aanspraak kan nakomen en, als dat het
geval is, welk schadeherstelbedrijf dat zal zijn. Op grond van de BOVAG-lidmaatschapseisen zijn
schadeherstelbedrijven verplicht om hieraan mee te werken. Deze verplichting geldt alleen indien en
voor zover zowel door u als het schadeherstelbedrijf aan de hiervoor geldende voorwaarden wordt
voldaan en er geen beperkingen of uitsluitingen van toepassing zijn. Deze voorwaarden, beperkingen
en uitsluitingen kunt u lezen op www.BOVAG.nl/schadeherstel en BOVAG Bemiddeling zal uitsluitsel
geven over uw verzoek. Als voorwaarden voor u gelden in ieder geval dat uw aanspraak voldoende
vast komt te staan, dat u binnen het gebied van de EER woonachtig bent of hier uw zetel heeft en dat
er ten tijde van uw verzoek aan BOVAG Bemiddeling niet meer dan 6 maanden zijn verstreken sinds u
de vooruitbetaling heeft gedaan of dat er niet meer dan 48 maanden zijn verstreken sinds het
herstelde voertuig aan u is teruggegeven. Ook zijn er maximumbedragen van toepassing per
opdrachtgever (€ 12.500,-)/ per gebeurtenis (€ 75.000,-)/ voor alle gebeurtenissen in een jaar
tezamen (€ 200.000,-). Aan uw aanspraak kan helaas niet langer worden voldaan voor zover daarmee
enig maximumbedrag zal worden overschreden. Het advies is om dit garantiebewijs goed te
bewaren, aangezien het kunnen overleggen van dit garantiebewijs eveneens één van de
voorwaarden is om aanspraak op nakoming door een ander schadeherstelbedrijf te kunnen maken.